
Spoorwegwet
Artikel 51
1
Degene onder wiens gezag binnen het hoofdspoorwegverkeerssysteem een veiligheidsfunctie wordt uitgeoefend verschaft, behoudens bij algemene maatregel van bestuur omschreven uitzonderingen, aan degene die de betrokken functie uitoefent, die beschikt over de in artikel 50, eerste lid, bedoelde documenten en die naar zijn oordeel beschikt over de voor de uitoefening van die functie vereiste specifieke, taakgebonden en bedrijfsgebonden kennis en bekwaamheid, een bedrijfspas.
2
De bedrijfspas voldoet aan de bij of krachtens algemene maatregel van bestuur gestelde eisen.
3
De houder van de bedrijfspas is verplicht die pas op eerste vordering te tonen aan de krachtens de artikelen 69 en 86 met het toezicht op de naleving onderscheidenlijk de opsporing van strafbare feiten belaste personen.
4
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld over:
a
de voor de uitoefening van veiligheidsfuncties vereiste specifieke, taakgebonden en bedrijfsgebonden kennis en bekwaamheid;
b
de geldigheidsduur van bedrijfspassen.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.