
Wet op het onderwijstoezicht
Artikel 15c Uitoefening van het toezicht 
1
 Artikel 11 is van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat de inspectie het onderzoek tevens verricht aan de hand van aspecten van kwaliteit, te weten: 
a
 coördinatie van de ambulante begeleiding, 
b
 ondersteuning van de ouders, 
c
 organisatie van de commissie voor de indicatiestelling door het regionaal expertisecentrum, 
d
 onafhankelijkheid van de commissie voor de indicatiestelling, 
e
 duur van de indicatieprocedure en 
f
 toepassing van de indicatiecriteria, bedoeld in artikel 28c, achtste lid, van de Wet op de expertisecentra, door de commissie voor de indicatiestelling. 
2
 De artikelen 12, 13, 14 en 15 zijn van overeenkomstige toepassing. 
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.

