Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Wijzigingswet Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers en Waterschapswet (gedeputeerden, wethouders en waterschapsbestuurders)

 

Wet van 14 juni 2001 tot wijziging van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers en de Waterschapswet met betrekking tot gedeputeerden, wethouders en waterschapsbestuurders
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om het facultatieve karakter van de bepalingen in de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers met betrekking tot gedeputeerden en wethouders op te heffen en die wet van overeenkomstige toepassing te doen zijn op leden van het dagelijks bestuur van een waterschap;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel l
[Wijzigt de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers.]

Artikel ll [Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]

Artikel lll
[Wijzigt de Waterschapswet.]

Artikel lV
1
Op een uitkering die op grond van een verordening als bedoeld in artikel 131 van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers is toegekend ter zake van een aftreden vóór de inwerkingtreding van deze wet blijft die verordening van toepassing. Gedeputeerde staten onderscheidenlijk burgemeester en wethouders kunnen echter die uitkering ten gunste van de belanghebbende herzien met toepassing van de bepalingen van de in de eerste volzin genoemde wet.
2
Een pensioen dat is toegekend op grond van een verordening als bedoeld in de vijfde afdeling van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers wordt met ingang van het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet beschouwd als te zijn toegekend krachtens de vijfde afdeling van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers.
3
Het eerste en het tweede lid gelden overeenkomstig voor een uitkering of een pensioen, toegekend op grond van een verordening als bedoeld in artikel 44 van de Waterschapswet, zoals dat artikel luidde voor de wijziging ervan bij artikel III van deze wet.

Artikel V
1
Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst, met dien verstande dat:
a
de artikelen I, III en IV terugwerken tot en met 25 maart 2000, met uitzondering van artikel 44, eerste lid, van de Waterschapswet, zoals dat komt te luiden krachtens artikel III, dat in werking treedt op een bij koninklijk besluit vast te stellen tijdstip;
b
artikel II terugwerkt tot en met 1 januari 1998.
2
In het geval, bedoeld in het eerste lid, is artikel II, vierde, vijfde en zesde lid, van overeenkomstige toepassing ten aanzien van de gewijzigde artikelen 160a en 160b.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven te 's-Gravenhage, 14 juni 2001
Beatrix
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K. G. de Vries
Uitgegeven de veertiende augustus 2001
De Minister van Justitie,
a
H. Korthals