Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Wet wapens en munitie

 

Artikel 2
1
Wapens in de zin van deze wet zijn de hieronder vermelde of overeenkomstig dit artikellid aangewezen voorwerpen, onderverdeeld in de volgende categorieën.
Categorie I
1
stiletto's, valmessen en vlindermessen, een en ander indien het lemmet:
a
meer dan een snijkant heeft;
b
7 cm of langer en 14 mm of smaller is;
c
9 cm of langer is; of
d
van een stootplaat is voorzien;
2
andere opvouwbare messen, indien:
a
het lemmet meer dan een snijkant heeft; of
b
de lengte in opengevouwen toestand langer dan 28 cm is;
3
boksbeugels, ploertendoders, wurgstokken, werpsterren, vilmessen, ballistische messen en geluiddempers voor vuurwapens;
4
blanke wapens die uiterlijk gelijken op een ander voorwerp dan een wapen;
5
pijlen en pijlpunten bestemd om door middel van een boog te worden afgeschoten, die zijn voorzien van snijdende delen met de kennelijke bedoeling daarmee ernstig letsel te kunnen veroorzaken;
6
katapulten;
7
andere door Onze Minister aangewezen voorwerpen die een ernstige bedreiging van personen kunnen vormen of die zodanig op een wapen gelijken, dat zij voor bedreiging of afdreiging geschikt zijn.
Categorie II
1
vuurwapens die niet onder een van de andere categorieën vallen;
2
vuurwapens, geschikt om automatisch te vuren;
3
vuurwapens die zodanig zijn vervaardigd of gewijzigd dat het dragen niet of minder zichtbaar is dan wel dat de aanvalskracht wordt verhoogd;
4
vuurwapens die uiterlijk gelijken op een ander voorwerp dan een wapen;
5
voorwerpen waarmee door een elektrische stroomstoot personen weerloos kunnen worden gemaakt of pijn kan worden toegebracht, met uitzondering van medische hulpmiddelen;
6
voorwerpen, bestemd voor het treffen van personen met giftige, verstikkende, weerloosmakende, traanverwekkende en soortgelijke stoffen, met uitzondering van medische hulpmiddelen en van vuurwapens in de vorm van geweren, revolvers en pistolen, bestemd voor het afschieten van munitie met weerloosmakende of traanverwekkende stof;
7
voorwerpen bestemd voor het treffen van personen of zaken door vuur of door middel van ontploffing, met uitzondering van explosieven voor civiel gebruik indien met betrekking tot deze explosieven erkenning is verleend overeenkomstig de Wet explosieven voor civiel gebruik.
Categorie III
1
vuurwapens in de vorm van geweren, revolvers en pistolen voor zover zij niet vallen onder categorie II sub 2°, 3° of 6°;
2
toestellen voor beroepsdoeleinden die geschikt zijn om projectielen af te schieten;
3
werpmessen;
4
alarm- en startpistolen en -revolvers, met uitzondering van alarm- en startpistolen die:
a
geen loop of een kennelijk verkorte, geheel gevulde loop hebben;
b
zodanig zijn ingericht dat zij uitsluitend knalpatronen van een kaliber niet groter dan 6 mm kunnen bevatten; en
c
waarvan de ligplaats van de patronen en de gasuitlaat loodrecht staan op de loop of op de lengterichting van het wapen.
Categorie IV
1
blanke wapens waarvan het lemmet meer dan een snijkant heeft, voor zover zij niet vallen onder categorie I;
2
degens, zwaarden, sabels en bajonetten;
3
wapenstokken;
4
lucht-, gas- en veerdrukwapens, behoudens zulke door Onze Minister overeenkomstig categorie I, sub 7°, aangewezen die zodanig gelijken op een vuurwapen dat zij voor bedreiging of afdreiging geschikt zijn;
5
kruisbogen en harpoenen;
6
bij regeling van Onze Minister aangewezen voorwerpen die geschikt zijn om daarmee personen ernstig lichamelijk letsel toe te brengen;
7
Voorwerpen waarvan, gelet op hun aard of de omstandigheden waaronder zij worden aangetroffen, redelijkerwijs kan worden aangenomen dat zij voor geen ander doel zijn bestemd dan om letsel aan personen toe te brengen of te dreigen en die niet onder een van de andere categorieën vallen.
2
Munitie in de zin van deze wet is, onderverdeeld in de volgende categorieën:
Categorie I
(Vervallen)
Categorie II
1
munitie die uitsluitend geschikt voor vuurwapens van categorie II is;
2
munitie die een giftige, verstikkende, weerloosmakende, traanverwekkende of soortgelijke stof verspreidt, met uitzondering van munitie met weerloosmakende of traanverwekkende stof, bestemd voor vuurwapens in de vorm van geweren, revolvers en pistolen;
3
munitie voorzien van een projectiel waarmee een pantserplaat kan worden doorboord, munitie voorzien van een projectiel met brandsas of met een explosieve lading, alsmede de voor deze munitie bestemde projectielen;
4
munitie voor geweren, revolvers en pistolen voorzien van expanderende projectielen, alsmede de voor deze munitie bestemde projectielen, behalve wanneer het voor de jacht of de schietsport bestemde munitie of projectielen betreft.
Categorie III
Alle overige munitie.
3
Aanwijzingen door Onze Minister, als bedoeld in het eerste lid, geschieden bij regeling.
4
Onverminderd het bepaalde in het eerste lid, onder categorie I, sub 7°, zijn geen wapens in de zin van deze wet voorwerpen die klaarblijkelijk zijn bestemd om als speelgoed te worden gebruikt en die redelijkerwijze niet geschikt kunnen worden geacht om daarmee personen ernstig lichamelijk letsel toe te brengen.


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • LJN BI0329, Hoger beroep, 23-001887-08
    Rechtsoort
    Straf
    Datum uitspraak
    25-02-2009
    Status
    gepubliceerd
    Soort procedure
    Hoger beroep
    Instantie
    gepubliceerd
    Rechtsoort
    Gerechtshof Amsterdam
    Voorwaardelijk opzet en de begrenzing daarvan. Voorbedachten rade. Straftoemeting en eergerelateerd geweld.
  • LJN BD6204, Eerste aanleg - meervoudig, 07/630388-07
    Rechtsoort
    Straf
    Datum uitspraak
    10-06-2008
    Status
    gepubliceerd
    Soort procedure
    Eerste aanleg - meervoudig
    Instantie
    gepubliceerd
    Rechtsoort
    Rechtbank Zwolle
    opiumwet en wet wapens en munitie, bewijsoverwegingen wet wapens en munitie, strafmaatmotivering
  • LJN AX7225, Eerste aanleg - meervoudig, 19.830356-05
    Rechtsoort
    Straf
    Datum uitspraak
    06-06-2006
    Status
    gepubliceerd
    Soort procedure
    Eerste aanleg - meervoudig
    Instantie
    gepubliceerd
    Rechtsoort
    Rechtbank Assen
    In het bijzonder houdt de rechtbank rekening met het feit dat het onder 2 tenlastegelegde het medeplegen van een poging tot moord betreft, terwijl moord een van de zwaarste misdrijven is die het strafrecht kent. Deze poging vond plaats op een openbare weg met behulp van een vuurwapen, waardoor het risico...
  • LJN AZ1412, Hoger beroep, 20-000703-06
    Rechtsoort
    Straf
    Datum uitspraak
    26-10-2006
    Status
    gepubliceerd
    Soort procedure
    Hoger beroep
    Instantie
    gepubliceerd
    Rechtsoort
    Gerechtshof 's-Hertogenbosch
    Door de verdediging is aangevoerd dat er in het voorbereidend onderzoek sprake is geweest van een onherstelbaar verzuim, aangezien de verdachte ten onrechte onder verdenking is komen te staan van diefstal. Vervolgens zijn er ten onrechte jegens hem dwangmiddelen toegepast, in het bijzonder de fouillering, waarbij de onderhavige patronen zijn aangetroffen...
  • LJN BA4074, Eerste aanleg - meervoudig, 460018-07
    Rechtsoort
    Straf
    Datum uitspraak
    01-05-2007
    Status
    gepubliceerd
    Soort procedure
    Eerste aanleg - meervoudig
    Instantie
    gepubliceerd
    Rechtsoort
    Rechtbank Zutphen
    Inrijden op groep jongeren levert een bedreiging op. Verdachte wordt daarnaast voor dronken rijden, wederspannigheid en wapenbezit veroordeeld tot onder meer: - 8 maanden gevangenisstraf waarvan 4 maanden voorwaardelijk met bijzondere voorwaarden met aftrek van voorarrest; - een onvoorwaardelijke ontzegging van de rijbevoegdheid van 6 maanden...
  • LJN BD0884, Voorlopige voorziening, AWB 08/1095 HOREC
    Rechtsoort
    Bestuursrecht overig
    Datum uitspraak
    15-04-2008
    Status
    gepubliceerd
    Soort procedure
    Voorlopige voorziening
    Instantie
    gepubliceerd
    Rechtsoort
    Rechtbank Amsterdam
    Bevel tot sluiting van een horeca-inrichting in verband met de aanwezigheid van een wapen. Geen sprake van zeer bijzondere omstandigheden op grond waarvan de inrichting geopend dient te blijven. Een schietincident, in de directe omgeving van de inrichting, is volgens de APV voldoende voor sluiting.
  • LJN AO7469, Hoger beroep, 200303805/1
    Rechtsoort
    Bestuursrecht overig
    Datum uitspraak
    14-04-2004
    Status
    gepubliceerd
    Soort procedure
    Hoger beroep
    Instantie
    gepubliceerd
    Rechtsoort
    Raad van State
    Bij besluit van 31 oktober 2002 heeft de burgemeester van Amsterdam (hierna: de burgemeester) de onmiddellijke sluiting bevolen van de voor het publiek toegankelijke inrichting aan de [locatie] te [plaats] (hierna: [coffeeshop]).
  • LJN BG1889, Eerste aanleg - meervoudig, AWB 07/788 HOREC
    Rechtsoort
    Bestuursrecht overig
    Datum uitspraak
    04-07-2008
    Status
    gepubliceerd
    Soort procedure
    Eerste aanleg - meervoudig
    Instantie
    gepubliceerd
    Rechtsoort
    Rechtbank Amsterdam
    Sluiting inrichting naar aanleiding van een schietincident. Het stelsel van de APV gaat uit van twee afzonderlijke beslismomenten, met twee mogelijke procedures: een over de sluiting en een over de heropening van de inrichting. De eerste procedure, die hier aan de orde is, heeft alleen betrekking op de toedracht en/of feitelijke aanleiding van de sluiting...
  •